toen de dieren nog spraken 2018keramische beelden
28 januari tot en met 4 maart 2018 Bob Lejeune Over dieren gesproken
28 januari tot en met 4 maart 2018
Dieren, ze zijn niet weg te denken in het lange verhaal van de kunstgeschiedenis. Als prooi waarop gejaagd wordt, als god die aanbeden wordt, als symbool voor vrijwel alles wat het menselijk bestaan aangaat, als fantasiewezen dat de verbeelding tart. Vanaf de prehistorie tot nu zijn dieren verbeeld met de meest uiteenlopende bedoelingen, in alle beeldtalen, materialen en technieken.
Pas sinds de 18e eeuw, met de opkomst van de burgerij, krijgen kleine plastiekjes waarde als statussymbool en verzamelobject. Naast romantische taferelen met herderinnetjes en flirtende paartjes worden ook mensen met dieren en dierstukken populair. In de 19e eeuw nemen de “animaliers”, gespecialiseerde dieruitbeelders, het stokje over. Vooral bronzen dierstukken waren toen populair. Aan het eind van de 19e eeuw en aan het begin van 20e werden kwamen er de veel goedkopere fabrieksmatig vervaardigde gipsen exemplaren voor in de plaats. Tegenwoordig is met de herwaardering van de keramische techniek ook het keramische dierstuk geen vreemde eend meer in de bijt binnen het domein van de beeldende kunst.
Bob Lejeune (Boxmeer 1958) is een kunstenaar die de schilderkunst al vroeg in zijn artistieke carrière inruilde voor oeroude traditie van de keramische techniek. Akio Takamori (1950-2017), zijn leermeester, zelf met één been in de Japanse traditie en met het andere in de wereld van nu, leidde hem naar het pad, dat hij nog steeds volgt: een mengeling van mens, dier en natuur. Het dier staat daarbij centraal; de beelden zijn sterk verhalend en hebben vaak een symbolische, surrealistische uitstraling. Ook de humor van zijn leermeester is meestal in Bobs werk terug te vinden. De kunstenaar noemt zichzelf geen verhalenverteller, maar zijn werken vertellen wel degelijk een verhaal voor wie het wil zien.
Vier jaar geleden, in 2013 met de expositie Wankel evenwicht, liet Bob Lejeune in Galerie de Natris beelden zien die herinnerde aan zijn inspiratiebronnen: de rococobeeldjes uit de 18e eeuw en het werk van zijn leermeester Akio Takamori. Polychromie speelde toen nog een belangrijke rol maar er waren toen al “kleurloze” dierstukken te zien. Nu experimenteert de kunstenaar hoofdzakelijk met monochrome glazuren waardoor de beelden meer eenheid en meer visuele stevigheid krijgen. Verrassend genoeg alles behalve saai omdat door nauwelijks voorspelbare effecten van chemische processen in het opgebrachte glazuur tijdens het bakproces lokaal bijzondere kleureffecten opleveren. Experimenteerdrift, maar ook toeval en geluk spelen hierin een grote rol.
Naast die experimenten met glazuren is Bob Lejeune aan het onderzoeken hoe ver je kunt gaan in het doorboren van de massale bonken klei tot in het hart, zodat een wonderlijk spel ontstaat van gangen en holtes als in een grottenstelsel. Op de buitenkant en in de binnenruimten plaatst hij allerlei kleine, soms nauwelijks herkenbare (dier)figuurtjes. De kunstenaar schept als het ware een buiten- en een binnenwereld, een met grote ambachtelijke perfectie vormgegeven veelkamerig huis van gebakken klei, waar het verbeelde dier als autonoom wezen vrolijk rondhuppelt.
Op zondag 28 januari wordt de expositie geopend door Daan Van Speybroeck, kunstfilosoof.
Ter gelegenheid van de zestigste verjaardag van de kunstenaar wordt een catalogus uitgebracht met afbeeldingen van tentoongestelde werken en een korte terugblik op het oeuvre. Met een inleiding van Wim de Natris, kunsthistoricus/galeriehouder. Een essay van Daan Van Speybroeck completeert het geheel. Prijs € 15,00.
De laatste dag van de expositie is zondag 4 maart 2018.
| | 
|